Runderstoof met bokbier: slowcooking in de herfst

Nu de herfst zich definitief aankondigt met miezerig en koud weer, is het seizoen ook weer aangebroken voor bokbier. Bokbier is zo’n lekker biertje dat de laatste jaren flink in opkomst is, vaak lekker moutig en tinten van karamel. Smaken voor de herfst en winter. Net zoals een runderstoof. De lekkere geuren van de kruiden en het gepruttel van het vlees… Het maken van het perfecte stoofvlees is een kwestie van geduld en het juiste vlees. Hoe langer het vlees opstaat hoe zachter het vlees. Ik gebruik meestal riblappen, van al het stoofvlees zit hier het meeste vet aan. Dat vet zorgt voor een heerlijke smaak en superzacht vlees.

Ingrediënten runderstoof met bokbier (4 tot 6 personen):

• 1 kg. riblappen
• 2 uien
• 2 flinke wortelen
• 1/2 liter bokbier
• 1 liter runder bouillon
• 2 kaneelstokjes
• 2 stuks steranijs
• 150 gr. kruidkoek
• appelstroop
• 2 of 3 blaadjes laurier
• 10 peperkorrels
• 8 jeneverbessen

Bereiding runderstoof

Snij het vlees in blokjes en kruid het stevig met peper en zout. Verhit in een goede braadpan met dikke bodem een flinke klont roomboter en bak het vlees hierin aan op hoog vuur. Als je pan niet zo groot is dat al het vlees de bodem bedekt kun je de riblappen beter in 2 keer aanbakken. Alle stukjes vlees moeten de bodem kunnen raken bij het aanbakken. Zodra je het vlees hebt aangebakken voeg je de schoongemaakte en in stukjes gesneden uien en wortelen toe. Bak kort mee. Voeg vervolgens het bokbier, de bouillon en kruiden toe. Breng aan de kook en voeg de in stukjes gesneden kruidkoek en 2 a 3 eetlepels appelstroop toe. De appelstroop brengt een zuurtje in de smaak mee. Laat het nu rustig stoven op een zeer laag pitje of zet de stoof in de oven met een temperatuur van 140 graden Celsius. Laat het vervolgens minimaal 4 uurtjes pruttelen. Lekker met aardappelpuree!